Menu

Kortingen: de rol van het intern toezicht, VO en BO

De financiële positie van veel pensioenfondsen is op dit moment zodanig dat kortingen onvermijdelijk lijken. Veel fondsen bereiden zich daarop voor. Met aangescherpte communicatie, intensivering van het overleg met sociale partners en het in kaart brengen van het benodigde besluitvormingsproces. Daarbij rijst vaak de vraag in hoeverre het intern toezicht, maar ook het verantwoordingsorgaan (VO) of het belanghebbendenorgaan (BO) bij de bestuurlijke besluitvorming over kortingen betrokken moeten worden.

Het intern toezicht heeft geen formele goedkeuringsbevoegdheid bij een voorgenomen kortingsbesluit. Zij toetsen achteraf of het bestuur bij het besluit de belangen voldoende evenwichtig heeft afgewogen. Onderdeel van die toetsing kan zijn dat het intern toezicht toetst of het bestuur voldoende maatregelen heeft genomen om de korting te voorkomen dan wel te dempen. Een voorbeeld daarvan zijn de opmerkingen die bij sommige fondsen door het intern toezicht zijn geplaatst over een (in hun opinie) te lage premiedekkingsgraad.

Voor het VO en het BO ligt het anders. Bij de invoering van de Wet versterking bestuur in 2014 is de deelnemersraad als medezeggenschapsorgaan uit de wet geschrapt en bij fondsen met een paritair bestuursmodel (gedeeltelijk) vervangen door het VO. Daarbij is tevens de adviesbevoegdheid met betrekking tot een voorgenomen korting vervallen. Belangrijkste overweging hiervoor was dat bij een paritair bestuur de verschillende groepen belanghebbenden reeds zeggenschap hebben via het bestuur en medezeggenschap via advisering dan niet meer nodig is. Voor een BO ligt dat anders omdat daar sprake is van een onafhankelijk bestuur waarin de belanghebbenden geen zitting hebben. Het BO heeft dan ook een adviesrecht bij een voorgenomen kortingsbesluit.

Betekent dit nu dat het intern toezicht en het VO niet bij de besluitvorming over voorgenomen kortingen hoeven te worden betrokken? Was ons betreft is het verstandig om dit wel te doen. Het gaat om impactvolle besluiten met aanzienlijke consequenties voor (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden en een potentieel aanzienlijk reputatierisico. Betrokkenheid en draagvlak bij alle stakeholders binnen het fonds is dan ook gewenst. Een goed doordacht besluitvormingsproces waarbij zowel het intern toezicht als het VO/BO vroegtijdig en ‘op maat’ betrokken worden, kan daaraan een belangrijke bijdrage leveren!

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Paulien Siegman en Selma Smit via info@gpss.nu.