Rol verantwoordingsorgaan bij keuze transitie FTK
Dit jaar dienen pensioenfondsbesturen een besluit te nemen of ze vanaf 2022 al dan niet gebruik willen maken van het zogenaamde transitie FTK. Dit is een belangrijke keuze. Een keuze c.q. besluit waarover verantwoordingsorganen geen adviesrecht hebben, terwijl het wel een impactvolle keuze is waarbij veel belangen een rol spelen en evenwichtige afweging noodzakelijk is. Dit wordt hierna kort toegelicht.
Het transitie FTK is een aangepast FTK dat er voor zorgt dat maatregelen die onder het nieuwe stelsel niet nodig zouden zijn, in de aanloopperiode er naar toe, ook niet genomen hoeven te worden. Het betreft hierbij onder andere:
a. het korten van pensioenen.
Er gelden tijdens het transitie FTK aangepaste kortingsregels, namelijk dat bij een dekkingsgraad van 90% of hoger er niet gekort hoeft te worden. Dit is vooral voor pensioenfondsen met een slechte financiële positie interessant. Indien namelijk niet voor de toepassing van het transitie FTK wordt geopteerd, dan zijn de reguliere kortingsregels onder het FTK weer van toepassing.
b. eerder indexeren
Een andere maatregel die wat minder aandacht krijgt, is dat bij het transitie FTK eerder gestart kan worden met indexatie, namelijk vanaf een dekkingsgraad van 105% in plaats van 110%. Hierdoor wordt het indexatieperspectief voor (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden beter. Met de aantrekkende dekkingsgraden de afgelopen maanden, lijkt dit heel aantrekkelijk. Het betekent echter ook dat er gelden uit het fonds gaan vloeien, die anders beschikbaar zouden blijven voor de compensatiemaatregelen die vanuit de werkgevers de komende jaren mogelijk nodig zullen zijn om de overgang naar het nieuwe stelsel mogelijk te maken.
c. premiedekkingsgraad
Ook kan overgang naar het transitie FTK betekenen dat er aanvullende (lees: fors hogere) eisen aan de premiedekkingsgraad worden gesteld.
Het vorenstaande betekent dat de besluitvorming over het al dan niet toepassen van het transitie FTK kan leiden tot belangentegenstellingen binnen het fonds die vragen om een goede onderbouwde afweging. Aangezien verantwoordingsorganen hierover geen adviesrecht hebben, lijkt het dan ook essentieel dat zij dit proces op de voet volgen en het in ieder geval in hun oordeelsvorming over 2021 betrekken. En mogelijk ook op andere, wellicht meer informele wijze, medezeggenschap kunnen uitoefenen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Paulien Siegman en Selma Smit via info@gpss.nu.